Bloemschikking 40dagentijd en Stille Week 2022
Het jaarthema van de Protestantse Kerk is ‘Van U is de toekomst’. In de toelichting bij dit thema op de website is te lezen: “De mooiste dingen in het leven vallen ons toe. Je levenslust. Iemand die voor je kiest, die jou liefheeft. Ervaringen die het leven van alledag kleur geven: van een fascinerende zonsopgang tot de hartelijke woorden van iemand in je omgeving. Het zijn de kleine en grote verrassingen die het leven glans geven. Je kunt ze zelf niet organiseren, je ontvangt ze. De kerk is bij uitstek een plek van zulke verrassingen. Ervaringen die je dankbaar stemmen. Liefde en genade van God worden ons aangezegd. Wat er ook is gebeurd of aan welk kwaad je ook debet bent, je mag uit genade opnieuw beginnen. In de kerk leven we van wat we ontvangen. Genade is de grondtoon.”
De lezingen in de Veertigdagentijd volgen het oecumenisch leesrooster (LINK) en verbinden we voor deze symbolische bloemschiksuggestie aan ‘genade is de grondtoon’.
Genade
Hierboven staat: ”Genade is dat wat we ontvangen.” Als basis voor de schikking wordt een conische pot gebruikt om het ‘ontvangen’ te symboliseren.
De pot lijkt klein in verhouding tot de hoogte, het tart de standaardregels Juist deze combinatie, kleine pot – hoge schikking, maakt het beeld sterk. De pot wordt
niet tot aan de rand gevuld, maar blijft open om het ontvangende te benadrukken. De schikking rust op de bodem van de pot en reikt naar boven, naar de hemel.
De schikking wordt gemaakt op de rand van de pot, de verbinding met het hogere is niet alleen een zaak van het ontvangen van genade. De schikking op de rand van de spot verandert iedere week een beetje.
De schikking heeft een natuurlijke uitstraling, is transparant en luchtig. Daarmee wordt benadrukt dat door de genade er altijd zicht blijft op het onbekende,
op het onverwachte, op het Goddelijke. De sterke verticale zuil wordt in het begin van de Veertigdagentijd gemaakt van droge grassen (snoeiafval van miscanthus of riet). Grassen die de herinneringen dragen van een voorbije lente, zomer en herfst. Later in de Veertigdagentijd wordt de zuil groener, hoop op een nieuwe lente.
Klik op de foto om de betreffende afbeelding te vergroten.
Eerste zondag
Lucas 4:1-13
De mens wordt op de proef gesteld. Er zijn drie vergezichten die aanlokkelijk zijn, maar niet leiden naar waar het echt om gaat. Er staat: de mens leeft niet van brood alleen. Tussen de grassenstructuur zijn tarwearen gestoken, als verwijzing naar die zinsnede. In de pot zijn bloeiende primula’s geplaatst. De primula heeft de Nederlandse naam hemelsleutels en symboliseert in deze schikking datgene waar het om gaat.
Er is een veelgebruikte oefening waarbij iemand zich vanaf een tafel achterover in opvangende armen laat vallen. Een oefening in vertrouwen. Voor we het
weten laten we ons vallen in de armen van bestaanszekerheid, dagelijks brood, onze positie, macht. Jezus vestigt echter de blik op waar het om gaat: God is de betrouwbare en heeft de tijden in de hand. God komt de aanbidding toe.
Tweede zondag
Lucas 9:28-36
Op de foto ziet u de schikking van de tweede zondag uit de 40-dagentijd, waarbij de tekst uit Lucas 9:28-36 hoort. In deze lezing staat de verheerlijking op de berg centraal, een beeldend verhaal en tegelijkertijd niet zichtbaar. Ook gaat het verhaal ook over ontmoeting. Tussen de structuur, op tweederde hoogte is een wolk zichtbaar: het is er en we kunnen het niet goed zien. De wolk is ook een directe verwijzing naar de tekst waar het gaat over de stem die uit de wolk van gipskruid komt.
Woordeloos blijven de leerlingen achter. Ze kregen een hemels perspectief op Jezus. Een ervaring die alle werkelijkheid tart. Jezus, Gods zoon!
Wees een moment stil. Als u wilt, kunt u de ogen sluiten en u inbeelden dat u getuige bent van de ontmoeting op de berg en de woorden uit de wolk. Hoe kijkt u naar Jezus?
Derde zondag
Lucas 13:1-9
De lezing van de derde zondag in de veertigdagentijd gaat over vrucht dragen, dit komt ook in de bloemschikking tot uiting.
Wanneer komen wij tot bloei en dragen wij vrucht? Als wij proberen te leven zoals Jezus leefde en de mensen liefhad en genas . . Als we een ander niet veroordelen, minachten of waardeloos vinden. Voor God is ieder mens van waarde, Hij heeft ons lief en wil dat wij ook elkaar liefhebben. Dan dragen wij vrucht. In deze Bijbeltekst wordt ook verteld over het geduld dat God met ons heeft. Hij wacht vol genade en geduld totdat wij vrucht dragen. In de bloemschikking van deze zondag staat daarom een tak van de vijgenboom met wintervruchten.
Woorden uit Lied 841 passen hierbij:
Wat zijn de goede vruchten die groeien aan de Geest
de liefde en de vreugde de vrede allermeest
geduld om te verdragen en goedertierenheid
geloof om veel te vragen te vragen honderduit.
geloof om veel te geven te geven honderd in
wij zullen leren leven van de verwondering:
dit leven deze aarde de adem in en uit
het is van Gods genade en Zijn lankmoedigheid.
Vierde zondag
Lukas15:11-32
Een bekend gedeelte, maar halverwege de Veertigdagentijd ook een tekst die kernachtig samenvat waar het God om te doen is. Deze gelijkenis staat tussen een aantal andere die beeldend vertellen waar het koninkrijk van God mee te vergelijken is. In deze gelijkenis staat het huis van God de Vader centraal. Daar is voor iedereen plek en het is er goed. Voor de jongste zoon, die na een verkwist leven op zijn schreden terugkeert. Voor de oudste zoon, die is gebleven, maar al die tijd nog niet ontdekt heeft dat hij het beter heeft dan hij beseft. Kijkend naar de andere gelijkenissen ligt de nadruk hier op de terugkeer van de jongste zoon. Kijkend naar het nog grotere plaatje zou je Lukas 15:11-32 kunnen lezen als een uitnodiging om bij de Vader thuis te vertoeven. Of je daar nu nog bent of naar terugkeert, het leven is er goed. Lucas 15 schetst ons zo iets van het toekomstplaatje waarnaar we op weg zijn.
De verloren zoon komt naar huis voor een nieuwe start. Tussen de grassenstructuur zijn groene kale takken en de eerste bloesems geplaatst.
Meditatieve tekst
Welkom thuis,
hier mag je zijn.
De Vader viert een feest.
Welkom thuis,
voor wie zoek was of op reis,
te lang is weggeweest.
Welkom thuis.
Kom maar binnen.
Hij sluit je in zijn armen.
Je hoort hier, in zijn aanwezigheid.
Deel in de vreugde en open nu je handen.
Hij heeft een feest, een feest voor jou bereid.
Tekst: Anneke van Dijk-Quist,
muziek: Anneke van Dijk-Quist, Adrian Roest.
© 2019 Stichting Sela Music
Vijfde zondag
Een derde gelijkenis in deze Veertigdagentijd. Jezus gebruikt het beeld van een man met een wijngaard. De man gaat op reis en verpacht de wijngaard aan een aantal wijnbouwers. Op enig moment wil de man de vruchten van zijn investering zien en stuurt tot tweemaal toe een knecht om het geld op te halen. Nadat beide knechten zijn afgeranseld, stuurt de eigenaar zijn zoon. Je zou kunnen zeggen: daarmee stuurt hij zijn meest nabije. Maar de zoon wacht een afschuwelijke ontvangst en moet zijn komst met de dood bekopen. Met het oog op de context waarin Lucas 20 staat is het helder dat Jezus hier op zichzelf doelt. Op weg naar Jeruzalem wordt steeds duidelijker wat Jezus staat te wachten. De manier waarop Jezus er nu al woorden aan geeft en vooruitziet op wat komen gaat, doet je beseffen dat hier iemand spreekt die regie heeft over de situatie. Jezus weet wat er gaat komen, maar ontwijkt de situatie niet. Zo wordt Lucas 20 een inkijkje op de weg die Jezus gaat om de toekomst te openen.
Etty Hillesum, een jonge joodse vrouw, was zich in 1942 ten volle bewust van het lot dat haar wachtte. In haar dagboek Het verstoorde leven schrijft ze aangrijpend prachtig over aanvaarding en het goede blijven zoeken in een steeds vijandigere omgeving. Het blijven zien van de ander als mens is één van haar sleutels. Menselijkheid te midden van ontmenselijking. ‘En al zou er nog maar één fatsoenlijke Duitser bestaan, dan zou die het waard zijn in bescherming genomen te worden tegen de hele barbaarse bende en om die éne fatsoenlijke Duitser zou men dan niet zijn haat mogen uitgieten over een geheel volk.’
Uitgebreide informatie over Etty Hillesum vindt u HIER en HIER.
Zesde zondag
Lucas 22:1-23,56
Een onverwacht gedeelte voor Palmzondag, waar meestal de intocht in Jeruzalem centraal staat. Vandaag maken we de stap naar de Pesachmaaltijd. We lezen over de voorbereidingen die Petrus en Johannes daarvoor moeten treffen, maar ook over de afspraak van Judas met de hogepriesters om Jezus uit te leveren. Tijdens de Pesachmaaltijd spreekt Jezus woorden die de eeuwen daarna in de kerk zijn blijven resoneren. Dit is mijn lichaam en dit is mijn bloed. De tekenen van brood en wijn. Als ergens de verbondenheid met Jezus zichtbaar wordt, dan wel in deze twee tekenen. Jezus plaatst het ook in de tijd. Tot het koninkrijk van God is gekomen zal Hij niet meer drinken ‘van de vrucht van de wijnstok’. Brood en wijn worden daarmee ook een sacrament van de verwachting. Wanneer we het avondmaal vieren doen we dat in het besef dat brood en wijn lichaam en bloed zijn, maar kijken we dus ook vooruit. Wanneer we uitspreken ‘Van U is de toekomst’ helpt het avondmaal ons ook daaraan herinneren.
Brood en wijn. Aan de tafel van de Heer blikken we niet alleen terug naar wat was – het lijden en sterven van Jezus – of naar binnen – ons tekort waardoor dit lijden nodig was, maar ook vooruit. Brood en wijn als beeld van het feestmaal dat ooit zal zijn. Waar geen lichaam gebroken en bloed vergoten wordt. Tot aan die dag blijven wij vieren, gedenken, hopen.
Witte Donderdag
Johannes 13:1-15
Tijdens de maaltijd staat Jezus op. Hij pakt een waskom en gaat de leerlingen langs om hun voeten te wassen. Simon Petrus lijkt verbijsterd: hoe kan de Heer de voeten van hem, een leerling, wassen? Maar Jezus is duidelijk: als ik je voeten niet mag wassen, kun je niet bij mij horen. De bal ligt bij Petrus, hij heeft de keus zijn voeten wel of niet te laten wassen. Vol overgave roept hij vervolgens uit ‘dan ook mijn handen en mijn hoofd’. In vers 3, voorafgaand aan de voetwassing, plaatst Johannes de voetwassing alvast in een groter kader. Jezus weet dat ‘Hij terug zal gaan naar God’. En meteen vervolgt Johannes met de beschrijving van de voetwassing. Het is alsof Jezus het nog één keer voor wil doen, voordat Hij straks zal terugkeren naar de Vader. En daarmee zet Hij ook de toon naar de toekomst. In de kerk van Christus is een meester niet meer dan zijn slaaf, maar was je elkaars voeten. Paus Franciscus onderstreepte dat in 2019 door in een gevangenis de voeten van twaalf gevangenen te wassen. Hij sprak daarbij de woorden ‘Zorg dat je broeders bent, niet in ambitie maar in dienstbaarheid’. Zo wordt Witte Donderdag een moment dat ons er weer aan herinnert nederig en dienstbaar de weg achter de Heer te gaan. Elkaar dienen, ook dat is leven met het oog op de toekomst.
Paus Franciscus waste in 2019 de voeten van twaalf gevangen in de buurt van Rome. ‘Zorg dat je broeders bent, niet in ambitie maar in dienstbaarheid’, gaf hij deze mannen mee. Met zijn krachtig voorbeeld diende hij de kerk om diezelfde houding aan te nemen.
Denk vandaag eens aan hoe u kunt dienen. Neem een persoon of situatie in gedachte en bedenk één concrete actie om een dezer dagen uit te voeren.
Goede Vrijdag
Johannes 18:1 tot 19:42
Op deze dag lezen we vanaf de gevangenneming van Jezus in hoofdstuk 18 tot de graflegging waarmee hoofdstuk 19 eindigt. Bijzonder aan dit gedeelte is dat er een aantal keren wordt gesproken over dat het zo ‘zou gebeuren’ en dat Jezus zich ten volle bewust is van wat er gaat komen (18:4, 9, 11). De beker die de Vader hem heeft gegeven, die kan en wil Jezus niet aan zich voorbij laten gaan. En zo krijgt het gedeelte, ook voor ons als lezers in 2022, een dubbele laag. Aan het einde van hoofdstuk 19 lijkt met het graf ook de toekomst gesloten. Houdt het hier op? Een mengeling van verslagenheid en verwachting. Jezus wist wat er ging komen, maar was dit dan de bedoeling? Het eerder door Jezus uitgesproken beeld van het zaad in de akker dat eerst moet vergaan voordat het vrucht kan dragen, wordt hier ten volle werkelijkheid. De toekomst lijkt dicht. Of ligt in het graf het nieuwe leven toch al besloten?
Stille Zaterdag
Lucas 24:1-11
De teksten van Paasnacht en Paasmorgen liggen in elkaars verlengde. Toch biedt de vertaling van de NBV van Lucas 24 een mooie handreiking specifiek voor de Paasnacht. Hoofdstuk 23 eindigt met de vrouwen die de rust van de sabbat in acht nemen, nadat Jezus door Josef is begraven. En dan vervolgt de tekst ‘maar op de eerste dag van de week’. Hoewel het woordje ‘maar’ niet in het Grieks staat en ook niet in alle vertalingen is terug te vinden, geeft het wel treffend de situatie weer. Het is alsof de vrouwen een sabbat lang hebben zitten wachten tot ze eindelijk naar het graf mogen. Je zou het kunnen lezen als een sleutelwoord, de plotwending. Na de stilte en doodsheid van deze sabbat, breekt nu de nieuwe morgen aan. ‘Maar op de eerste dag van de week’, het is als het vlammetje dat we in de paasnacht ontsteken om er de paaskaars mee aan te steken. Het daglicht lonkt, de nieuwe dag breekt aan en de toekomst opent zich.
Paasochtend
Johannes 20:1-18
Waar de toekomst gesloten leek door de dood van Jezus, wordt deze op de Paasmorgen weer helemaal opengelegd. De Heer is opgestaan! En daarmee lijkt alles gezegd. De puzzelstukjes vallen op z’n plek. De stappen die we de afgelopen zes weken hebben gezet hebben ons bij de vreugde en verwondering van de volgelingen van Jezus gebracht. Het einde werd een nieuw begin, van waaruit we ons richten op de toekomst.
De aarde zit boordevol hemel
en elke struik hoe gewoon ook,
staat in lichterlaaie van God.
Maar enkel hij die het ziet
doet zijn schoenen uit.
De rest zit eromheen
en plukt bramen.
Nieuw leven, voor ieder die het wil zien en geloven.
Het resoneert in dit gedicht van Elizabeth B.
Browning